woensdag 28 oktober 2015

Ieder bedrijf profiteert van een Digitale Academy

Hoe zorg je ervoor dat nieuwe medewerkers bekend worden met de visie en strategie van de organisatie? Hoe zorg je ervoor dat zij de regels van integriteit kennen en deze meetbaar is? Hoe zorg je ervoor dat de afdeling verkoop een uniform verhaal vertellen met de juiste argumenten en hoe train je dat? En hoe zorg je ervoor dat je klanten alles weten van jouw producten en diensten? Of doen ze de basiskennis van hulpverlening op en kennen de procedures van een ontruiming?

Dit zijn allemaal voorbeelden wat een digitale academy toevoegd. Nu zijn er drie grote bezwaren tegen dit principe: Reanimeren of een brand blussen leer je niet achter een beeldscherm. Een goed verkoopgesprek zonder feedback ook niet. Daarnaast zul je met een veredelde powerpoint presentatie als content ook niet bereiken wat je voor ogen hebt en in het verlengde daarvan, goede content zal wel heel duur zijn.

Hoe ga je met deze bezwaren om?

100% digitaal is geen 100% oplossing, in situaties heb je dus praktijk training nodig. Het zou een voordeel zijn als de academy deze vorm van blended learning ondersteund. Dus dat de cursist ziet wanneer de praktijk trainingen plaatsvinden en zich met een klik erop in kan schrijven. In het verlengde daarvan kan ook het resultaat van de fysieke training weer opgeslagen worden in de academy.

Zo kan de certificering bestaan uit digitaal en praktijk. 

Het genereren van goede content is niet triviaal, daar zijn specifieke competenties voor nodig. Zo geloof ik dat inhoud in kleine relevante delen moet worden opgedeeld en is het raadzaam als deze aansluit bij het (taal) niveau van de cursist. Door bijvoorbeeld een nul-meting uit te voeren kan bij een slecht resultaat eerst andere content worden aangeboden voordat de eigenlijke training begint. Het opdelen in kleine stukken inhoud heet micro learning en inhoud aanbod aanpassen aan het niveau van de cursist heet adaptive learning. 

Dan als laatste bezwaar: De prijs. Voor goede inhoud heb je meerdere mensen nodig, daarnaast moet inhoud getoetst worden en is het belangrijk dat inhoud er aantrekkelijk uit ziet. Een goede wijn uit een knijppak smaakt nu eenmaal minder. Een bedrijf dat ervaren is met het maken van hoogwaardige content heeft strakke werkwijzen nodig om de kosten zo laag mogelijk te houden. Hiervoor is ervaring, filosofie en continu verbetering nodig. Goede gerichte content zal niet snel goedkoop worden. Dit hoeft ook niet per se. Uiteindelijk is het een afweging tussen kosten en de waarde die het oplevert. 

Doorgaan op traditionele wijze leidt vaak tot hogere kosten en lagere opbrengst. Een klassikale training is een piekmoment. Alleen kun je maar beperkte hoeveelheid kennis onthouden en oefenen in één dag en zonder herhaling zal deze kennis vaak snel wegzakken. Juist hier kan een digitale academy een oplossing zijn. Denk aan periodieke mini toetsen op je mobiel, eventueel met een speelelement dat je resultaten kunt vergelijken met collega's. Of automatische notificaties als er nieuw materiaal beschikbaar is. 

Een goede digitale academy betaal je in lijn met de waarde die het toevoegt. Overigens geloof ik met digitaal leren niet in big bang scenario's waarin je meteen grote hoeveelheden content aanbied. Beter begin je klein en probeer je met een korte iteratie te toetsen of een digitale academie waarde toevoegt. Als dit zo is, dan ga je een stapje verder. Levert het echter te weinig op dan kun je nog stoppen of bekijken waarom het te weinig oplevert. 

Dan zijn er nog een aantal randzaken van belang. Je wilt niet dat een digitale academy nog meer administratieve last met zich meebrengt. Hoe ga je om met mensen toegang verlenen? Maar net zo belangrijk: Hoe zorg je ervoor dat mensen geen toegang meer hebben als ze bijvoorbeeld uit dienst gaan? Integratie bijvoorbeeld met een al in gebruik zijnde systeem zoals Windows Active Directory zou administratieve belasting al significant lager maken, of denk aan het aanbieden van zelfregistratie. 

Daarnaast biedt een goede academy ook het ontsluiten van data aan middels een Application Programming Interface (API), niet nog een eiland en puntsoplossing in het applicatie landschap. 

zaterdag 3 oktober 2015

It’s not about the cloud stupid!

Veelal wordt er discussie gevoerd over naar de cloud gaan of niet. Zelf schrijf ik natuurlijk veel over cloud computing, maar roep ik ook dat cloud computing mij weinig boeit. Klinkt tegenstrijdig, maar is dat niet als je verder kijkt. Lees je even mee?


Cloud computing gaat over IT, IT gaat tegenwoordig over alles wat met computers te maken heeft. Zelfs als je webpagina's maakt dan zit je tegenwoordig "in de IT" en heet het deelgebied front-enden. Aan het stuk werken wat de eindgebruiker ziet. IT is ook een onderdeel of afdeling geworden van ieder bedrijf. Ieder bedrijf heeft computers, een netwerk en ook een website. Grote IT projecten mislukken nogal eens lezen we op het nieuws en het is veelal een kostenpost.


Legacy

Kijk eens naar de manier waarop IT ontstaat en groeit binnen een bedrijf. Het begint met een netwerkje en een een server voor bestanden en email. Als er applicaties bij komen is daar ook een server voor nodig en die applicaties moeten hun data ergens kwijt en zo komt dat op een database server terecht. Voor alle software die je hebt moet je licenties aanschaffen en als je groeit wordt dat uitdagender om bij te houden, net als wat gebruikers met hun PC kunnen doen. Bedrijven die al langer draaien en behoorlijk gegroeid zijn hebben IT die ook al jaren mee gaat en veelal gebaseerd zijn op het model wat ik zonet beschreven heb. Door de opkomst van het internet en het steeds krachtiger maken van de browser is het ook mogelijk om bepaalde software niet meer in licentie vorm te kopen, maar af te nemen als dienst over het internet. De uitdaging daarbij is: Hoe zorg je ervoor dat als iemand uit dienst gaat, niet meer gebruik kan maken van de dienst die over het internet afgenomen wordt?


Een overgroot gedeelte van alle bedrijven van enig formaat gebruikt "Active Directory" van Microsoft voor het beheren van gebruikers account op het eigen netwerk. Als je software aan de Active Directory kunt koppelen heeft dat als voordeel dat als je het account opslot zet in de AD, dat de gebruiker er direct niet meer bij kan en geweerd wordt op het netwerk.


Op het moment dat er nieuwe software aangeschaft word is er vaak integratie nodig. Je kunt bijhouden wie je klanten en prospects zijn in een CRM, maar je wilt wellicht ook een koppeling om te zien hoeveel omzet je met die klant vorig jaar gedraait hebt en hoe dit zich verhoudt met de omzet afgelopen maand. Onder druk van budget en deadlines moet er vaak gekeken worden naar de snelste manier om dit soort zaken te regelen. Dit heeft als gevolg dat het zijn flexibiliteit verliest of dat het niet netjes gedocumenteerd wordt. En voila, het systeem wordt groter, het functioneert, maar door de tijd heen verouderd het doordat er krachtigere nieuwe mogelijkheden komen. Dit noemt met Legacy. De kosten om het systeem in stand te houden lopen jaarlijks op, veranderingen worden steeds duurder en riskanter om door te voeren en de kosten om er afscheid van te nemen lopen daardoor ook steeds verder op. Dit is het probleem waar iedere organisatie tegenaan loopt.


Leveranciers van software diensten beloven echter de oplossing die vaak aantrekkelijk geprijsd is en jouw als klant ontzorgt. Maar als je het onderliggende probleem negeert -dus waar je staat en vandaan komt- dat bouw je gewoon verder aan een inflexibel gedrocht. Nu is dat geen probleem als je omzet toeneemt, of de concurrent dezelfde problemen ervaart. Het wordt wel een probleem als er alternatieven of nieuwkomers komen die aanbieden wat jij aanbiedt, maar zonder de technologische schuld die legacy met zich meedraagt.


Verlichting

De weg naar verlichting kun je echter niet met een olifantenpaadje bereiken. Er is gewoon noeste arbeid, visie en leiderschap voor nodig om je organisatie aan te laten passen aan de veranderende wereld die bovendien versnelt verandert.


Nu is het verleidelijk om IT uit te besteden of "naar de cloud te gaan", maar je moet je huidige organisatie die functioneert respecteren anders zullen al je veranderingen niet brengen wat je voor ogen hebt, of wat je beloofd is.


Stukjes legacy verbinden met nieuwe mogelijkheden trekt je alleen maar verder het moeras in. Het hybride scenario wat tegenwoordig "hot" is lost je probleem niet fundamenteel op. Met het hybride scenario wordt bedoeld dat je de huidige omgeving verbind aan de mogelijkheden die via het internet -vaak als cloud aangeduid- aangeboden worden. Nu zal dit misschien een noodzaak zijn, maar hybride is geen eindpunt maar een doodlopende weg als je er in blijft hangen.


Je moet terug om te kijken waar je IT probleem ontstaan is. Het groeien en uitbreiden van functionaliteit onder druk van te krappe budgetten, te strakke deadlines en niet IT mensen die niet inzien dat er een goede en een slechte manier is om nieuwe dingen te omarmen. In IT geldt misschien nog meer dan elders dat de prijs van "even snel" extreem duur achteraf wordt.


Hoe IT gedaan werd is niet goed. IT is namelijk niet één ding. Natuurlijk met SAP kun je zeer veel dingen in één systeem doen, maar naast dat dit per definitie verouderd is, is het niet compleet. IT is dus een verzamelingen van kleinere systemen die als geheel voor een organisatie moet functioneren. Als je ook in ogenschouw neemt dat er steeds meer verschillende apparaten zijn en verschillende operating systemen en dat we vervolgens deze ook op meer plaatsen moeten kunnen gebruiken beseft dat vaste geïnstalleerde gespecialiseerde software die meer kost dan 1 click om te installeren je probleem verergert. IT is niet meer gebonden aan één kantoor en vaste plekken. IT die niet flexibel is, is te duur om in stand te houden.


Goede software dient dus niet gebonden te zijn aan een plek en dus eigen server plaatsen op een locatie loopt ten einde. Er is geen toekomst voor vaste IT systemen in je pand. Dit is welliswaar wat kort door de bocht. Een bank transactie server zal niet snel mobiel worden, maar de stelling gaat wel op voor zeg 99% van alle gevallen.


The big three

Nu wordt het tijd om de grote drie aanbieders te pluggen van een nieuwe manier om met IT om te gaan. Dit zijn Microsoft Azure, Google Compute Engine (GCE) en Amazon Webservices (AWS). Dit zijn er slechts drie maar ze hebben een aantal dingen gemeen. Ze groeien enorm snel, zijn op alle continenten aanwezig en bieden nieuwe mogelijkheden om anders met IT om te kunnen gaan. Ze kunnen het niet permitteren om te verouderen, dat zou het einde van de dienst betekenen.


Wat zijn de eigenschappen van deze aanbieders? Ten eerste een zeer lage drempel om in te stappen. Ieder mens kan binnen vijf minuten aan de slag, het kleine begin is veelal gratis. Het gebruiken van resources zoals data en rekenkracht zijn goedkoper dan je zelf kunt realiseren en je krijgt er meteen zeer veel zaken bij zoals beheer tools, actieve systeem monitoren en een zeer goed beveiligde omgeving. Veel beter dan de meeste bedrijven zelf kunnen realiseren. Daarboven op geldt: Alles kan geautomatiseerd aangestuurd worden. Daarbij groeien en krimpen de kosten naarmate je het meer of minder gebruikt. Iets wat onmogelijk is als je het zelf zou willen doen.


Een ander subtiel voordeel is dat de diverse diensten die je af kunt nemen niet in elkaar verweven zijn. Alles is "losjes verbonden" en als je dit op de juiste manier toepast kun je dus sneller afscheid nemen van een oplossing. Het beidt dus mogelijkheden om te voorkomen dat je systeem als geheel "legacy" wordt. Zo ken je bijvoorbeeld ook de problemen dat veel bedrijven nog steeds niet overgestapt zijn van Windows XP naar een nieuwere versie. Bij deze aanbieder speelt dit probleem niet meer. Alles word steeds gemoderniseerd.


Tot slot

Ik ben niet voor Amazon, Google of Microsoft, ik probeer alleen te beschrijven wat het probleem met IT is en hoe je dit op kunt lossen. Als je als bedrijf vast blijft houden aan je huidige manier van IT doen zul je gewoon verdwijnen of zit heb je een speciale positie zoals banken, overheid of een hele specifieke business.


Concentreer je niet op naar de cloud gaan omdat men dat roept. Kijk naar hoe je als organisatie IT doet en hoe je de problemen die je ervaart op kan lossen. De cloud is niets, het zijn bedrijven die diensten aanbieden waarnaar je moet kijken.


dinsdag 22 september 2015

Amazon is de koning van cloud computing

Amazon is absoluut de leider als het gaat om cloud computing. Het is een oncomfortabele waarheid die veel weerstand oproept. Tijd om eens een beschrijving te geven van al het moois dat Amazon te bieden heeft. Lees mee en oordeel zelf.

Op het gebied van generieke cloud computing, ofwel het aanbieden van rekenkracht en data opslag heb je in de feite de 'grote 3'. Dit zijn Amazon Webservices, Google Compute Engine en Microsoft Azure. Google is minder generiek omdat het vooral krachtig is op het gebied van Linux en Microsoft uiteraard op het gebied van Microsoft en daarmee heeft Amazon al een streepje voor. Microsoft heeft echter een zeer krachtige office suite en Google is daarin de enige concurrent met Google Apps for Work. Niettemin is Amazon ook daar een zeer geduchte concurrent aan het worden.

Delen van bestanden en samenwerken kan nu al met Workdocs dit kan vergeleken worden met een business variant van Microsoft Onedrive en Google Drive. Amazon is begonnen met Workmail. Dit product mag nog niet in de schaduw staan van Outlook en Gmail, maar als je Amazon kent zal dit enorm snel veranderen, dat hebben ze al heel vaak laten zien.


Reis

Ik zal nog heel kort samenvatten waar cloud computing voor staat : Het aanbieden van it-middelen en applicaties over het internet die je betaald naar gebruik.

Laten we een korte reis maken van een aantal opvallende diensten van Amazon Webservices.

In het begin - en dit gaat terug tot 2003 - was er de Simple Storage Service, ofwel S3. Het opslaan van data als een dienst en hier is onder andere Dropbox op gebaseerd. Later is dit uitgebreid, waarbij je extra performance kunt kopen en data makkelijk kunt versleutelen, of verspreiden over de datacenters van Amazon op een duurzame manier.

Later kwam Elastic Compute Cloud: EC2. Hiermee kun je Linux- en Windows-servers virtualiseren in allerlei smaken. Hoeveelheid geheugen, rekenkracht en data opslag zijn daarin de drie grootste pijlers. EC2 heeft daarmee de lat hoog gelegd met het snel en simpel tot je beschikking krijgen van virtuele servers.

Waarmee EC2 zich onder andere in onderscheid is dat je er direct een hoop bij krijgt. Niet alleen een heldere console, maar ook een heel server monitor systeem waaraan je 'triggers' kunt koppelen voor wanneer de server bijvoorbeeld langdurig zwaar belast wordt. Ook het toewijzen van een elastisch ip-adres is een krachtige eigenschap die je architectuur veerkrachtig maakt en meewerkt aan een hoge beschikbaarheid.

Tot zover het standaard riedeltje die je nu bij heel veel providers af kunt nemen tegen steeds lagere kosten.


IAM

Waarmee Amazon webservices (Aws) excelleert is het adresseren van alle problemen waarmee je te maken krijgt bij automatisering en dat ze die problemen stuk voor stuk oplossen.

DNS beheren doe je met Route53, daarmee kun je ook met een paar klikken een domein registreren en je domeinnaam koppelen aan Office 365 of Google Apps for Work. Identity access management (iam) is het zeer krachtige systeem waarmee je computer of menselijke accounts koppelt aan rechten en die helpt een koppeling te maken met de (online) Active Directory van de organisatie door middel van een andere Aws-dienst: Directory Service. Alleen iam maakt mij al een zeer grote fan van Aws en is iets waarmee Microsoft ongelofelijk loopt te stuntelen. Iam geeft mij niet alleen controle, maar ook inzicht en via Cloudtrail kan ik zien wie, wat, wanneer en waar heeft gedaan. Uiteraard kun je deze data ook nog ontsluiten naar andere diensten zoals Cloudwatch en Simple Notification Services zodat ik actief op de hoogte wordt gehouden als er bijvoorbeeld security setting verandert.


Private cloud?

Nu is er de algemene misvatting dat Amazon alleen een public cloud aanbied. Met de Virtual Private Cloud (VPC)-service kun je prima een private cloud inrichten die verder niet verbonden is met het internet. Door middel van vpn, er zijn meerdere smaken mogelijk, kun je een directe verbinding maken tussen het private netwerk bij Amazon en de eigen on-premises omgeving. Niet alleen is dit gemakkelijk in te zetten, het is heel goed veilig te maken. Ook zijn eigen glasverbindingen beschikbaar, waarvan je precies in kunt stellen hoeveel capaciteit nodig is en deze bandbreedte kan uiteraard gemeten worden.

Je kunt een eigen virtuele server inrichten en daarop een databaseserver installeren, maar je kunt ook een database afnemen zonder dat je de server en alles wat daarbij komt kijken hoeft af te nemen met Relational Data Services (RDS). Lange tijd vond ik deze dienst niet klaar voor productie omgevingen, maar ook daar is verandering in gekomen. Voor specifieke doeleinden kun je ook de NoSQL-database DynamoDB gebruiken en als het neerkomt op 'big data' kun je een datawarehouse inrichten met Redshift en custom query's draaien met Amazon Elastic Mapreduce Hadoop cluster.

Voor het versturen van bulk email die niet in spam-boxen terecht komt word Simple Email Services (SES) gebruikt en voor het ontwikkelen van applicaties op mobiele devices kun je Push Notification Services (SNS) inzetten om bijvoorbeeld berichten naar de mobiele telefoon te pushen. Met SQS ofwel Simple Queue Service kunnen a-synchrone berichtenstromen worden gerealiseerd.

Via deze omweg kom ik weer terug op diensten die handig zijn voor eindgebruikers. Zo is er Workspaces voor virtuele Windows desktops en heb je in je kantoor alleen nog maar (thin) desktops, laptops en tablets nodig om in ieder geval een Windows computer in de cloud beschikbaar te hebben. Daarmee centraliseer je het beheer van de werkplekken, maar geef je de vrijheid terug aan de eindgebruiker om deze overal te kunnen gebruiken.


Over prijzen

In 2011 schreef ik nog een e-book samen met Peter van Eijk over hoe je zonder servers je bedrijf kon automatiseren. Daar zaten nog wat ruwe kantjes aan, die zijn anno 2015 wel verdwenen.

Flexibiliteit door alleen te betalen naar gebruik heeft een prijs. Door het gebruik van een virtuele server voor drie jaar in te kopen kan je korting wel oplopen tot 71 procent. Als je die prijzen bekijkt en realiseert wat er allemaal voor geleverd wordt dan vind ik het vreemd dat veel bedrijven niet wat beter kijken naar wat cloud computing met Amazon inhoud.

Wekelijks spreek ik nog it'ers die zich afzetten tegen cloud computing zonder dat ze zich werkelijk hebben verdiept naar wat het nu eigenlijk is, kan en kost. Regelmatig heb ik wel consultants die na een korte demonstratie echt een 'wow!'-gevoel overhouden en (te) rigoureus naar de cloud willen.


Nadelen?

Zijn er dan geen nadelen aan Amazon Webservices? Laat ik zeggen dat het grootste nadeel een niet functioneel aspect is: Amerikaanse overheid. Hoewel Amazon datacenters heeft in Ierland en Duitsland, zij de hoogste graad van certificeringen hebben en audits daarop, weten we ook dat Amerikaanse overheid slecht te vertrouwen is en Amazon een Amerikaans bedrijf is. Er zijn echter zeer veel versleutel- en beveiligingsmogelijkheden, waarmee je toegang tot servers en data kunt waarnemen, maar er blijft een laag die voor jou als afnemer niet inzichtelijk is en kan zijn. Zelf geloof ik niet dat de Amerikaanse overheid directe toegang heeft tot alles wat er op Amazon-servers afspeelt, maar dat zij zich toegang kunnen verschaffen zonder jou op de hoogte te stellen, moet voor waar worden aangenomen.

Is dit nu echt een show-stopper? Nee, en ik ga deze discussie hier ook niet voeren, want dat leidt af van de inhoud.

Nu klinkt dit misschien als een 'wij van WC-eend'-verhaal, maar daar kan ik het volgende op zeggen: Ik verdien niets aan Amazon Webservices. Klanten laat ik zelf rechtstreeks dingen afnemen en ik ben niet per se voor Amazon, ik doe genoeg met Microsoft en Google om mijzelf onafhankelijk te noemen. Daarnaast maakt advies over cloud computing nog geen 10 procent van mijn omzet uit, ik ben ook gewoon een afnemer en fan van de dienst.

Ook zeg ik niet dat iedereen nu zomaar moet overstappen op Amazon Webservices, zeker als je organisatie sterke competenties heeft in cyber-security, storage en virtualisatie en een behoorlijke grote eigen infrastructuur heeft, zou ik niet zomaar overstappen. Een groot gedeelte van het mkb kan profiteren van cloud computing bij Amazon.


Lock-in

Uiteraard is er wel een consequentie als je all-in gaat met Amazon. Ondanks dat de applicatie programming interface (api) - hiermee kun je de dienst geautomatiseerd afnemen - de standaard geworden is in cloud computing land, creëer je wel degelijk een lock-in. De images kun je niet één-op-één meenemen, al je diensten waarmee je dat wel kunt converteren, maar heel veel code van de automatisering is toch echt gericht op de producten van Amazon. Dropbox had de eerste jaren echt het streven om met meerdere storage-providers te kunnen opereren, dat is er volgens mij nooit van gekomen.

DynamoDB is echt een hele specifieke NoSQL database en ook het hele vpc-verhaal maakt van een verhuizing buiten Amazon een hele uitdaging die wellicht net zo groot is als de migratie van on-premises naar de cloud.

Maar dit is denk ik niet anders dan van datacenter naar datacenter verhuizen, ook dat vergt een planning en inspanning en is niet iets wat je niet ieder jaar wilt doen.


Tot slot

Dagelijks ervaar ik blijdschap door cloud computing toe te passen. Het is zoveel meer dan alleen snelle provisioning. In het begin kunnen al deze diensten wel eens overweldigend zijn, toch is de leercurve helemaal niet zo stijl, dit komt omdat Amazon er nu echt ervaren in is geworden om de ingebruikname zo eenvoudig mogelijk te maken. Er wordt nog wel eens onderschat hoe belangrijk dat is. Iets eenvoudig maken is echter 'rocket science', een zeldzame competentie. Wat ook heel krachtig is, is dat het in de basis bijna niets kost om het je eigen te maken. De grootste investering is tijd. Een paar servers optuigen en afbreken kost nog geen euro. Daarnaast is er zeer veel documentatie aanwezig, filmpjes over hoe je begint en zijn er diensten voor een paar tientjes per maand waarbij je gewoon heel goed opgeleid wordt.

Investeer er eens tijd in en kom met een eigen mening, kans is groot dat je ook besmet raakt met het cloud computing-virus.

dit artikel is eerder geplaatst op Computable

zaterdag 17 januari 2015

Machine Learning is haarlemmerolie


Over een jaar of tien krijgen de ontwikkelaars het moeilijk. Er komt namelijk concurrentie uit onverwachte hoek. En dan heb ik het niet over India, maar over computers die computers gaan programmeren.


In 2013 kwam de film Her uit met  Joaquin Phoenix. Hij installeert een nieuwe operating system op zijn mobiele telefoon op basis van kunstmatige intelligentie en al snel wordt hij hier verliefd op. Nu denk ik niet dat dit in zijn geheel snel werkelijkheid wordt, maar er zijn nu echt duidelijk signalen dat computers steeds beter "begrijpen" wat mensen zeggen. Dit betekent niet dat de computer een bewust zijn krijgt, de onderliggende principes komen gewoon voort uit machine learning, of deep learning en dat gaat ongeveer zo: Je stopt allerlei teksten in een database. Deze teksten worden ontleedt en tegen nog meer data aangehouden. Hieruit wordt context verleent. Ieder onderwerp wordt zo bijvoorbeeld opgezocht en daarna automatisch gelabeld. Zo kan het systeem onderscheid maken tussen personen en dingen en herkennen wanneer het over tijd of over plaats gaat. Door al deze input te koppelen en te verriijken: welke uitspraken waren door mannen gemaakt, welke door vrouwen? Kan een systeem zonder intelligentie wel intelligentie "veinzen". Zo kan een algoritme sarcasme herkennen en uit zijn geheugen een gepast sarcastisch antwoord halen. Door het systeem te trainingen met nog meer -liefst gevalideerde- input wordt het steeds krachtiger. Als het systeem communiceert met gebruikers kan hij van deze communicatie weer leren. Nogmaals: dat leren is een algoritme, er zit geen intelligentie achter, maar uiteindelijk kan zo'n systeem verrassend authentiek reageren.

Zo heb je bijvoorbeeld machine learning implementaties die woorden bij foto's plaatsen. Als je een foto upload naar het systeem, dan antwoord deze met tekst die op de foto slaat. Bijvoorbeeld "twee jongens spelen met een bal". Als je bij de foto ook nog menselijk input krijgt, zal het systeem steeds accurater worden.

Ik zal een paar toepassingen geven waarin dit toegevoegde waarde biedt. Als ik een tekst schrijf en ik wil een aantal links plaatsen in deze teksten, dan geeft het systeem al direct suggesties waarheen je wilt linken. Of als je tegen je telefoon gaat praten, snapt het systeem je intentie. "Kan ik hardlopen vanavond?". Je telefoon weet waar je woont, of waar je meestal hardloopt en kan herkennen dat je bij regen, kou of harde wind nooit loopt, Maar ook of je vrouw al een afspraak heeft en je kinderen hebt.  Het antwoord zou kunnen zijn "Ja, maar om negen uur gaat het regenen". Dit is minder ver weg dan het lijkt. Als je voor een website een foto zoekt kan het systeem juist door te herkennen wat er op foto's staat een aantal voorstellen doen.

Maar wat als je het systeem code gaat voeren? Deze kan automatisch verbeterd en opgemaakt worden, gerefactord (herschreven voor performance, efficientie of leesbaarheid) en aangevuld worden. Maar als dat kan, dan wordt het wellicht mogelijk om aan te geven wat je wilt gaan bouwen en zal het systeem de benodigde code daarvoor schrijven. Voedt het met voorbeeld layout en het ziet er meteen goed uit. Deze code-generator zal sneller zijn dan welke groep programmeurs dan ook en het testen zal automatisch worden uitgevoerd.

"Is er nog wat op TV?" krijgt dan een hele andere betekenis, je TV neemt dan ook al op wat je wilt zien (als dat al nodig is). Dit is echter alleen maar mogelijk als het systeem voldoende data tot zich kan nemen, en hier wringt misschien de schoen. De algoritmen zijn toch tamelijk complex en het geheugen van het systeem zal waarschijnlijk niet lokaal bij je worden opgeslagen. Je geeft daarmee wel heel erg veel van jezelf weg en met de terroristische dreigingen van de laatste tijd worden steeds meer misbruikt om onze rechten op privacy te beperken.

Wat als deze data bij zorgverzekeraars terecht komen? En bij de belastingdienst? Ja we hebben dan handige machines, maar wat voor vrijheid hebben we dan nog om ze naar eigen goeddunken te gebruiken?

Maar ook: Het schrijven en componeren van een hit wordt zo kinderspel, een koud en harteloos systeem kan ons in vervoering en ontroering brengen door het toepassen van simpele patronen.

Dan komt natuurlijk de vraag: Wat levert het ons op? Maakt het ons echt gelukkiger, al dat gemak? Wie zal er nog geld kunnen verdienen?

Het lijkt science fiction waar ik over schrijf, maar ik twijfel er niet aan dat er in dit soort machine learning miljarden gestoken worden. De komende twee jaar zullen we al de contouren gaan zien waar dit heen gaat. Er zijn recentelijk wat doorbraken gedaan, die de weg vrij maken voor de Cortana's, Siri's en Google Now's. Uiteraard zullen we in Nederland niet als eerste aan beurt zijn en misschien is het wel de juiste tijd om Engels als eerste taal te introduceren in Nederlands. Dat zou wel eens een cruciale beslissing kunnen zijn. Althans, dat is de uitkomst van mijn machine learning algoritme...